Yangon, Myanmar
Wat is dat toch, dat altijd maar verlangen naar plekken waar ik nooit geweest ben. Een verlangen dat voelt als heimwee en die heimwee gaat op voor alles in deze wereld. Ik moet het allemaal gezien hebben. Oost, west, zuid, noord. Mooi en lelijk. Terug blijven keren naar landen tot ik het allemaal gezien heb. Grondig. En naast dat streven naar perfectie ben ik ook nog simpelweg lui. Omdat ik geen zin heb mijn oude dia's te digitaliseren ga ik ook maar weer terug naar allerlei plekken om het opnieuw vast te leggen. Wel beter hoop ik dan natuurlijk.
Nu weer in Birma. Ruim halve dag in Yangon doorgebracht. Blijft een prettige stad. Maar wel al veel gezien, de weg van het airport naar de stad kan ik inmiddels dromen. Ben maar in slaap gevallen in de taxi. Heb die taxi tot mijn volgende vlucht vertrekt geboekt. Bij iedere bestemming die ik noem zegt hij meteen "I know" om vervolgens steevast de verkeerde kant op te rijden. Gelukkig zou ik hier ook als taxichauffeur kunnen fungeren. Eerst geld gewisseld op de zwarte markt en daarna op jacht naar een mobiele telefoon. Is toch wel handig en ons spul werkt hier niet. Dat willen de machthebbers niet hebben. Het is ook verboden voor buitenlanders. Maar bij de vierde winkel was het raak. Daar wilden ze wel verkopen. De eerste drie zeiden keurig dat ze uitverkocht waren terwijl er vitrines vol voor mijn neus lagen. Voor een kleine 100 euro kreeg ik een telefoon, een sleutelhanger, een kalender van 2012, een kunstlederen etui voor het ding, een extra antenne voor betere ontvangst (1 meter lang!) en 50 dollar beltegoed. De telefoon ziet er super strak en simpel uit, bijna een i-phone maar dan met de lompheid van een Nokia en de geur van een oostblok product. Zoiets. Maar het ding kan meer. Er stonden wel dertig dingen op waarvan er helaas maar tien vertaald waren in het Engels. Maar het is o.a. ook een FM radio, een zaklamp, een stopwatch, een wekker en een telmachine.
Waar ik ook erg gelukkig van werd vandaag is de ommekeer in het straatbeeld hier. Aung San Suu Kyi is terug! Overal zag je haar foto in winkels en huizen. In winkels waren posters van haar te koop en ook haar vader, Aung San, de vader des vaderlands hier, zie je opeens ook weer overal opduiken.
Terug op het airport begon het Birmaanse lange wachten. Om drie uur zou de vlucht vertrekken. Toen ik om vijf voor drie ging vragen of er een vertraging was zei het vriendelijke meisje. No delay sir. Delay starts at 3! Vanaf toen duurde de vertraging precies één uur. Viel mee.
Tijdens de wachttijd kennis gemaakt met Steve en zijn neef. Steve is bezeten van bijen. Zeven maanden per jaar reist hij door Zuid-oost Azië om de mensen hier de bijenteelt te leren. Ik dacht altijd dat hier al duizenden jaren imkers waren. Maar ik begrijp dat ze hier niet altijd weten wat ze doen. En dan nodigen ze Steve uit om voorlichting te geven. Hij komt net terug van een toer door Nagaland in het uiterste oosten van India. Hij en zijn neef zijn daar door de overheid rondgereden en hebben prachtige avonturen beleefd. Staat al heel lang op mijn lijstje; Nagaland. De overige maanden van het jaar verzorgt Steve zijn eigen bijen in Alaska waar hij woont. Ik weet nu heel veel over de bloemen en de bijen. En ik ben bang dat ik expert ga worden de komende dagen. Steve is ook op weg naar Kalaw en we delen al een taxi en daarna gaat hij ook nog een trekking maken en ik voel het al aan mijn water dat ik hem dan ook zal tegenkomen. Maar ik heb in ieder geval al zes fotomapjes van hem doorgenomen en weet inmiddels dat hij er niet meer bij zich heeft.
Op Heho Airport stond Lily. Steve had met haar afgesproken. Zij heeft een guesthouse in Kalaw. Daar slaap ik dus vannacht. En de taxi is ook door haar geregeld. Hoef ik in ieder geval niet over te onderhandelen en kom goedkoop op mijn plaats van bestemming. Weliswaar met twee tassen op mijn knieën en in een verwrongen houding maar het geluk was met me want Steve wilde stoppen bij elke bijenkist die we onderweg tegen kwamen. En dat waren er nogal wat. Kon ik iedere keer mijn benen strekken. Ze kunnen er hier ook al geen klap van, van die bijen opvoeden.
Aan Lily vroeg ik of ze internet had in haar guesthouse en dat was zo. Trots vertelde ze dat ze bijna de eerste met internet in Kalaw was. Ze had inderdaad wifi ja, maar geen internetconnectie...