My days in Dali
Zit hier vier dagen. Dat een hele tijd om netjes door te brengen. Had geen plan dus liet het allemaal maar komen. Die Amorous Bar (voor FB volgers) werd helemaal niets waardoor ik mijzelf moest gaan vermaken. De eerste middag rustig het stadje (?!) verkend. Het mag met recht een hele grote toeristenkermis genoemd worden. Wonderwel blijft het stadje in al zijn pracht overeind. Dali was het eerste hippie-nest van China. Hier werd uitgerust van het altijd vermoeiende China, wiet gerookt en dagenlang, sommige weken, geluld over wat nu echt de goedkoopste plek van Azië was. Dali kwam in die tijd in de buurt. Eens in 1982 was ik hier ook in de buurt maar er waren nog geen China reisgidsen dus het plaatsje bestond voor mij nog niet. Het is de ongekroonde hoofdstad van de Bai, een van erkende etnische minderheden van China en de meest trotse heb ik mij laten vertellen. Ik slaap bij een Tibetaan. Dat betekend veel versiering, sfeer en goede muesli yogurt (de beste in jaren) maar weer minder comfort. Wel een elektrische onder- én bovendeken. Dali ligt op 1900 meter. Zal ze niet gebruiken.
Besloot in de ochtend een kleine bergwandeling te maken. Wist ik toen veel. Het eerste stuk kon comfortabel met een kabelbaan afgelegd worden. Naar iets van 2500 meter denk ik. Alle Chinezen die stonden te wachten om mee naar boven te gaan waren op een poolsituatie gekleed. Bontmutsen, handschoenen, donsjacks en beenwarmers. Was even bang dat ik underdressed was met alleen een dun t-shirt. Het viel mee boven. Fris maar dat is ook alles. Werd wel vreemd aangekeken maar ook dat is eigenlijk heel gewoon. Sta inmiddels 888 keer met een Chinees op de foto, maar dat terzijde. Vanaf de lift was het even aanpoten om boven naar een gorge te klimmen. Was meteen op de juiste temperatuur. Was natuurlijk weer veel te ver naar boven geklommen want had mijn afslag naar het lange (15 kilometer) pad naar de Zhonghe tempel gemist. Maar omlaag is zo gedaan dus ik begon nog fris aan de wandeling. Mijn i-pod aan tegen de hinderlijke vogelgeluiden om over dat klaterende water maar niet te spreken. Langs de route veel verklarende borden met daarop in goed Engels wat voor rotsen, bomen en dieren je tegen kon komen. Die rotsen en bomen die zijn wel blijvers maar over die dieren had ik mijn twijfels. De meeste hebben veel te leuke staarten en vachtjes om het te overleven hier. Het was een vrij egale wandeling dus ik dacht er goed vanaf te komen deze keer. Tot ik een afslag naar wat grotten zag. Stond niet bij hoe ver maar dat het naar boven was kon ik simpelweg vaststellen door te kijken. Het werd een pittige klim en toen ik dan eindelijk bij de hoogste grot was was het vrij smal, een richel niet meer, om echt bij de grot te komen. Naar beneden was het zo’n 400 meter stijl naar beneden. De grot was donker en leeg. Wel heilig had ik gelezen. maar daar had ik niets aan toen ik over die richel weer terug moest. Altijd lastig; terug. Verder naar beneden zag ik een sign wat ik op de heenweg gemist had. Malong Peak. Het was nog vroeg, dus waarom niet. Kan zo’n bord nooit weerstaan. Een top is voor mij een moetje. Tenminste als ik zonder hulpmaterialen er naartoe kan lopen. Geen pikhouwelen en stijg ijzers voor mij. Maar ik denk steeds dat ik nog een jonge god ben en vergeet mijn leeftijd. Niemand ook om mij te waarschuwen bij de hand. Goed, uiteindelijk leef ik nog en ik heb mijzelf beloofd het nooit, echt nooit, meer te doen. Het pad had geen naam, was FCK stijl en soms waren de richels nog wel te doen bergop maar bergaf echt beangstigend. Moet toegeven dat ik een paar keer trillend van angst stapje voor stapje verder zette. Net niet genoeg trillend om naar beneden te sodemieteren. De foto’s, hoe durfde ik ze nog te nemen, zeggen voldoende hoop ik. Het ergste is nog dat toen ik uiteindelijk aan het einde van het pad was gekomen en daar een half uur op apengapen lag voordat ik van het uitzicht durfde te genieten, ik op de weg terug van rechts een afdaler, natuurlijk een Amerikaan, tegen kwam, met strijkijzers en touwen, die mij vrolijk meedeelde dat ik de top net niet bereikt had. Ook nog op een faketop gestaan. Uren daarna, bij de Zhonghe tempel, hadden ze lekker eten. Zag op mijn telefoon dat ik 28 kilometer had afgelegd en daarbij zijn de keren dat mijn telefoon geen bereik had niet eens meegeteld.
In de avond, toen ik naar een restaurant gestrompeld was, vroeg ik te mogen aanschuiven aan een tafel bij twee Chinese dames. Dat mocht en al konden we elkaar nauwelijks verstaan we deelden ons eten en ze vertelden dat ze zaten te wachten op een vriend uit Kunming die mee zou eten maar te laat is. Mijn grap dat die uit Kunming altijd te laat kwamen (mijn chauffeur is niet ze stipt) kwam niet over, ze begrepen het niet. Gelukkig maar want tien minuten later verscheen hun vriend. Inderdaad mijn chauffeur. Toeval bestaat niet maar op het enorme aantal restaurants hier en die tienduizenden toeristen is het een kans op duizenden.