Yangon again
Goede Vrijdag, Happy Holi, Zalig Pasen, Mooie Moederdag, een beste Buddha Pujaniya Tabaung, Zoet Suikerfeest, er is altijd wat te vieren en te treuren. Er zit niet anders op dan het leven te vieren, hup België! En als Johan Cruijf niet geleefd had had hij ook niet dood kunnen gaan. Ik ben weer eens in Yangon. Was er een beetje bang voor, voor de veranderingen maar het valt erg mee. Het blijft een fascinerende stad, beetje hipper, beetje veel hipper, nog steeds even kleurrijk, even vertederend en even chaotisch. De man met het rode haar die vroeg of we met rubberlaarzen liepen in Nederland want het lag toch onder de zee? De moneychanging lady die met een welgemeend happy marriage afscheid nam. De oude dame die mijn handen greep en diep nadacht en toen alleen maar riep Yes Yes Yes. En die bedelaarster waar ik aan vroeg of har zoon wat opzij kon gaan omdat ik graag een portret van haar wilde maken. Ze begreep mij volkomen verkeerd en deed haar blouse omhoog, toonde mij haar borst en zette het verbouwereerde jongetje aan haar borst. Mijn God, de jongen was minstens zes. Of was het een meisje, je kunt dat aan de kleding niet zien hier.
Nog een biertje gedronken in het nieuwe Strand Hotel, eens het leukste vijfsterren (waarvan er zeker 6 niet klopten) hotel van de wereld maar na de renovatie totaal gekapitaliseerd. Weg sfeer, saaiheid ten top en alleen maar verwende westerse toeristen en verveelde zakenlieden. Ik sliep er in 2011, vlak na de heropening, en de service was zo steriel dat ik het na één dag voor gezien hield ondanks de hele mooie kamer(s). Het oude Strand was verlopen op een aandoenlijke manier dat je er helemaal blij van werd. Krakkemikkig en desolaat, kortom kunst.