Wild and wonderful people
Zomaar een dag van een reiziger. 29 augustus. Om zes uur op weg, stoppen bij een enorme Baobab, auto en mens blijken ineens nietig. Mijn eerste beest op de foto, een vogel, kun je mee thuiskomen. Dan een dorpje, kinderen van alle kanten, foto, foto, foto, en maar lachen als ze zichzelf zien. Een zandvlakte met eenzame jongen met koe, een droge rivier zonder gras. Dan vage figuren in het struikgewas, voorzichtig glurend, terugdeinzen en toch nieuwsgierig. Verlegen kijkend, bang van de camera maar dan na het eerste beeld gezien te hebben gretig naar meer. Iedereen wil zichzelf zien. Ze dragen pas twee jaar kleren, afgedankte vodden, gekregen van evangeliebrengers, naakt is zondig. Vinden ze dat nu zelf ook? Niet iedereen gaat erin mee. Daarna de zee, blauw, groen en verweerd hout. Hutjes die geen huis genoemd kunnen worden. Blije gezichten, spierwit zand. Vissers op zee, nettenknopers aan land, trots op een gevangen kreeft. Het was een eindeloze weg, alleen mul zand vandaag, diepe sporen en urenlang hobbelen. dan weer houten huizen, leven, een markt, een pad wordt langzaam een weg, het blijft hobbelen. Tien uur, nog geen tweehonderd kilometer.