More Palaces and Flying Foxes
In het hart van Kutch lijken de smalle straatjes en oude bazaars van de ommuurde stad Bhuj een middeleeuwse sfeer te hebben. Het is even druk, chaotisch en sfeervol als andere oude stadscentra. Behalve als je naar boven kijkt. Alles is nieuw, je moet goed kijken, nieuw lijkt hier vaak na een week alweer oud, maar het is echt zo. De aardbeving van januari 2001 die ongeveer twintigduizend mensen doodde, 1,2 miljoen huizen in de regio verwoestte en de vooral de binnenstad van Bhuj verwoestte heeft heftige sporen nagelaten. Wat is blijven staan zit vol scheuren en nog steeds ligt overal puin. Zelf voel je die ramp hier als je rondloopt bij iedere stap, aan de mensen is niets te merken, de vriendelijkheid en vrolijkheid spat er ook hier af. Ik bezocht ook nog een paleis, ja alweer een.
Dit keer het kleine maar statige Sharad Baug Palace dat in 1867 werd gebouwd als weekendhuisje van de laatste maharao van Kutch. Het lijkt heel wat maar als je goed kijkt is werkelijk alles kapot. Een koddige liftschacht torent er nog bovenuit. In een klein museum kun je achtentwintig (28) opgezette tijgers, oude klokken en een eetkamer met de kist van Maharao Madansinjhi bewonderen. Leeg, dat wel. In de enorme tuin vliegen de gigantisch grote vleermuizen je om de oren. Een soort Alfred Hitchcock ervaring. Het zijn natuurlijk vliegende honden maar filmisch is het wel, vooral het geluid.
Om zeven uur ’s-avonds was mijn auto klaar. Er was een tuk-tuk achterop gereden een paar dagen geleden en de uitlaat was kapot plus een flinke deuk in de achterbumper. Opnieuw laten spuiten en de reparatie kost mij de lieve som van 33 euro. En dan heeft Janus Glad Autopaleis er mij waarschijnlijk ook nog flink onder getrokken.