The Goldcoast
Daar ga ik vandaag naar toe; Playa de Oro, diep in het oerwoud, geen weg, alleen een rivier. Daar leven zwarte afstammelingen van de slaven die hier 500 jaar geleden naar goud moesten zoeken van de Spanjaarden. Toen er niet meer genoeg goud gevonden werd gingen de Spanjaarden en deze mensen bleven. Nu, trouw aan de de natuur, trouw aan hun grond. hebben ze een ecologische gemeenschap opgebouwd en bewaken ze een groot natuurgebied, waar veel grote wilde katten leven. Bewaken tegen de mijnbouwers die hier naar goud willen mijnen en tegen de corrupte natuurparken van de overheid die tegen veel geld die mijnbouwers toch toelaten. Dit is ook het enige gebied waar het oerwoud nog intact is. Dus waar niet alle mooie grote woudreuzen tussenuit gehakt zijn. Ik vind het een eer om hier te zijn. En dan neem ik op de koop toe dat dit mijn zoveelste jungletocht gaat worden. Ik kan al dromen wat we gaan zien. Had iets meer urban dan woud gedacht.
Veel dorpen die we passeren hebben wel de zilvervloot binnengehaald. Die hebben voor 50.000 dollar per hectare hun ziel en zaligheid verkocht aan de mijnboeren. Die blijven een paar jaar, verwoesten de grond en vergiftigen het water met hun cyanide en arsenicum. De mensen blijven achter met een rivier waar geen vis in kan leven en grond waar je niet meer van kunt eten. Maar ze hebben nu wel een stenen trap met leuning naar de rivier, internet en een vijver met tilapia in de achtertuin.
We bleven wat hangen in Playa de Oro dorp om daarna verder te gaan naar de eenzame lodge in het oerwoud. Met de boot nog zo’n half uur. Onderweg het simpele leven aan de rivier waar veel dorpelingen met grote pannen naar goud zochten hier dus zonder chemicaliën. Na de lunch moest ik eraan geloven: het bos in.
En toen viel hij uit een vijfentwintig meter hoge boom. De luiaard. Op nog geen meter afstand kwam hij terecht, een doffe dreun en hij sliep verder. Waarschijnlijk een heftige droom gehad daarboven waardoor hij zijn greep op de stam verloor. De gids maakte hem met veel moeite wakker en zette het beest liefdevol weer tegen een boom aan waar hij langzaam weer aan de tocht naar boven begon. Als hij daar was blijven slapen was hij binnen de kortste keren een hapje voor een van de grote katten hier geworden. Er zitten hier jaguars, courgars, margays, oncillas en jaguanrundi (opgezocht hoor!). Op zo’n moment moet ik altijd even denken dat de gids met het beest een afspraak gemaakt heeft om precies naar beneden te vallen als wij voorbij komen. Voor het broodnodige avontuur in toch een in principe erg saai oerwoud