Murphy's Law
Dag twee van Murphy's Law
Iemand vinden om mij terug naar de clinic en mijn auto te brengen duurde maar twee uur. Maar toen had ik er ook een. Een mooie grote Batonga man in het trotse bezit van een Toyota Sunny. Bouwjaar 1971. A beautiful old lady noemde hij zijn wrak. Maar hij was bereid tegen betaling van 50 dollar mij naar die lieve mensen van de kliniek hier 70 km vandaan te brengen. Overigens had het halve dorp zich ingespannen om mij te helpen. Waarvoor hulde. Dus ik mijn twee wielen achterin de Sunny getild. Er zaten geen ruiten meer in de old lady wat het allemaal heel makkelijk maakte. Onderweg moesten we steeds stoppen om de bouten van zijn wielen vast te draaien, de gravelroad was niet geschikt voor de Sunny. Vlak voor de bestemming trad Murphy weer in werking. Zijn voorwiel brak los en we zijn met een slakkengang verder gereden. Nu moest hij zijn wagen daar achter laten. Mijn wiel zat er snel onder dus weer terug rijden. Na 40 km bleek hij zijn telefoon in zijn auto achter gelaten te hebben. Weer terug en weer terug, tachtig km ellende weg. Toen ik hem thuis afzette bleek hij op mijn bril gezeten te hebben. Die is voor in het donker dus Who cares.
De man van het benzinestation waar ze geen benzine hebben maar wel een toilet maar geen water maar wel kaarsen maar geen lucifers maar wel zaklampen maar geen batterijen. Dit is alles wat ze hebben. Oh ja, een bak moeren en bouten maar geen sleutels. Het is een busstop maar geen bus. Hij heeft bandenplak maar geen lucht. De elektriciteit is zo dood als een pier en hij klaagt dat Mugabe beloofd dat de lonen zullen stijgen en de prijzen zullen dalen maar al jaar in en uit stijgen de prijzen en dalen de lonen. Eens waren we rijk en iedereen was jaloers, Zambianen, Mozambiquanen, Zuid Afrikanen en de Botswanen. Maar nu kun je gewoon pinnen in Mozambique, hebben ze in Botswana een
hek onder stroom gezet om iedereen die honger heeft buiten te houden en lachen ze niet meer om Zambia wat maar één stoplicht had en één tankstation. In Zuid Afrika wonen nu meer Zimbabwanen dan hier. Ik bedankte hem voor de klets en reed verder in de hoop binnen vijftig kilometer een tankstation met benzine tegen te komen. En die reserveband te plakken.