Oeding-Vreden
Oeding-Vreden
De dag dat er zon beloofd was begon het te regenen. Eerst miezeren en als het echt begint ben je al zo nat dat een jas geen zin meer heeft. Het landschap kabbelt voort. Het zijn niet de krochten van India of de woestijnen van Namibië waar ik wandel. Spektakel zit hem in het bloemetje en de bij, hier vooral vertegenwoordigt door de wesp overigens. Kwaadaardig spektakel was de enorme stal van wel 400 meter lang waar kalveren opgehokt waren. Duizenden. Het deed mij aan een concentratiekamp denken al mag je zo’n vergelijking natuurlijk niet maken. Toen de regen ophield was er een schuilhut. De Hessinghook hütte. Erg gezellig. Daar maar een half uurtje triest zitten te wezen. Daarna weer door over het Kommiezenpad, een oude smokkelroute waar de Kommiezen, de douanebeambten, de smokkelaars op heterdaad moesten betrappen. In mijn jeugd woonde ik naast een commies van de belastingdienst. Ik geloof niet dat hij ooit iemand op heterdaad betrapt heeft. Dat zat niet in zijn karakter om het vriendelijk uit te drukken. De grens hier is bepaalt bij de Conventie van Burlo in 1765, de enige grens van Nederland die zo lang onveranderd is gebleven. Ik denk dat de enige smokkel die nog over is nu de mensensmokkel is. Daar wordt je niet vrolijk van.