Gorée, an island with a cruel history

Gorée, an island with a cruel history

In Afrika kun je nergens om de slavernij heen. Met een welhaast satanisch genoegen worden in musea de martelwerktuigen, die de boeien en kettingen vormen, getoond. Met daarbij portretten van de grootste boeven die deze handel bedreven. Niet zelden kom je daar ook Nederlanders bij tegen. Voor de kust van Senegal ligt een piepklein eilandje Gorée waar ik vandaag en morgen ben. Het rustieke eiland was in de koloniale tijd een Frans bolwerk en de plek waarvandaan een groot deel van de slavenschepen de oversteek naar het Amerikaanse continent maakte. De Portugezen waren er het eerst en daarna de Hollanders die het kochten van de lokale heersers en het Goede Reede noemden, afgekort Goeree. Daarna wisselde het voortdurend van eigenaar tot de Fransen de Nederlanders voorgoed verjoegen.

 

Het was en is een geliefde plek om te bezoeken. Bezoekers waren o.a. Michiel de Ruijter, Claes Kompaen, Bill en Hillary Clinton en Obama. En nu ik dus. Als je alle ellende van het verleden wegdenkt is het er goed toeven. Een welhaast mediterrane ambiance en overal bloeien bloemen en struiken en er is geen verkeer. Het is opgebouwd met de stenen van de oude wallen en in die stenen kun je het kermen van de slaven nog horen. Je loopt hier in het zand of over kinderkopjes en de baobabs staan tussen de huizen geklemd. Je kunt er in een halfuur omheen lopen.

 

Dat heb ik vandaag een aantal keren gedaan en iedere keer ontdekte ik weer nieuwe straatjes en pleintjes. Je kunt hier ook niet om de toeristen heen en zeker niet om de verkopers die je in je nek hijgen. Alle bewoners schilderen hier of maken collages van oude Nokia’s of andere lelijke dingen. Kunstenaar zijn is hier geen kunst maar noodzaak. Overigens kost het maken van een foto van de artiest in kwestie vrijwel evenveel als zijn creaties. Een echte kunstenaar heeft hier met hulp van de UNESCO een monument ter herinnering aan de slavernij neergezet, een monstreus, menhirachtig beeld vol gaten dat de omhoogstekende boeg van een slavenschip zou moeten voorstellen. Maar genoeg geklaagd, het is een mooie plek en ik kwam leuke mensen tegen. Afrika is warm.