The Twelfth Week, Via Francigena

The Twelfth Week, Via Francigena

Week 12/12 november 1999

Piancastagnaio-Aquapendente-Valentano-Tuscania-Tarquinia-!

rustdag-Civitavecchia-Campo di Mare 148 km Totaal 2019 km

 

Het weerbericht was zeer onheilspellend voor deze zaterdag maar toen wij vertrokken was de lucht vrij helder. Toen wij aan de rand van het oude stadje kwamen, en in de diepte van het dal konden kijken, zagen wij wat ons te wachten stond. Wij bevonden ons boven de wolken maar onder ons was het goed mis. Donkere regenwolken hingen tussen de bergketens. Voorlopig was het echter een prachtig visueel spektakel en droog. We kunnen tot ver over de Appenijnen kijken. Na een paar uur vinden wij een pad. Geweldig pad door de landerijen met alleen wat jagers als gezelschap. We lunchen boven op een heuvel met nog net wat uitzicht. Dan begint de regen. We lopen het oude roversnest Porceno binnen en krijgen een koude douche van het kilometerbord): nog 11 natte kilometers te gaan. Doorweekt komen wij in Aquapendente aan. Wij brengen het water waar het blijkbaar van afhankelijk is. Alle 3 de hotels in het centrum zijn gesloten. We moeten verdomme terug in de stromende regen naar het hotel wat wij in de klim naar de stad voorbij gelopen zijn. Je moet Nederlander zijn om daarna nog terug te gaan om wat oude gebouwen te gaan bekijken. En een provinciekaart kopen natuurlijk. De ober aan het diner is too much in Amsterdam geweest, er komen hier too much Nederlanders en hij vindt Amsterdam too much mooi.

 

's-Morgens is het verrassend genoeg droog. We hervinden de Via Francigena. Dus bekijken wij een mooie kathedraal en vinden een pad. De hotelober komt ons achterop rijden met de (vergeten) creditcard. Dat is too much. We verlaten de Via F. vanwege het hoge omloopgehalte. Alle wegen leiden nog steeds naar Rome maar wij geven de voorkeur aan een kortere dan deze. Met een steeds dreigender lucht boven ons komen wij rond de middag Grotte di Castro binnen lopen. Net op tijd voor de regenpakken. Tijdens de schuillunch besluiten wij vanwege de hoosbuien niet langs Lago di Bolseno verder te lopen. We blijven hoog en hopen op droog. Einddoel is Valentano. Als we in de buurt komen klaart het op en hebben wij spijt als we het meer in de zon zien liggen. Wij staan echter boven, en voor ons hotel P.O.L.K. Binnen wordt duidelijk wat de afkorting betekend: Potten (kunnen) Ook Lekker Koken. Vier duidelijke lesbiennes treffen voorbereidingen voor de avonddis. Onze kamer is een kruising tussen een hondenhok en een peeskamertje. De keuken is echter uitstekend en de eettafel best gezellig.

 

Vandaag zijn wij naar Tuscania gewaaid. Een heldere lucht in combinatie met een ijzige striemende wind was weer een heel nieuw weerbeeld voor ons. En dat kwam geheel onverwacht. Geen krant gelezen en Il Colonello had ons ook niet kunnen waarschuwen. Wij hadden geen TV in ons hok. Il Colonello is de mannelijke collega van Diana Woei. Het is een strenge militair in uniform waarvan je zonder enig voorbehoud dient te geloven wat hij je commandeert over het weer van de volgende dag. Hij heeft ook een vrouwelijk collegaatje: La Bombardella. Groot van voren en heel blond. Zij doet het weer zo wulps dat je onmiddellijk je pijpen en mouwen begint op te rollen. Maar dit terzijde.

We hebben vandaag regelmatig telefonisch contact met Gerard en Jenny (vrienden uit het Amsterdamse, sorry, half Haarlemse) die in Rome zijn en gek worden van de schuttingen, steigers en niet werkende fonteinen. Rome is duidelijk op weg naar het jaar 2000. Of dat wordt gehaald is de grote vraag. Zij komen een dagje meewandelen. Maar voordat het zover was hadden wij nog wat kilometertjes te lopen. Het was fijn om weer een wijds uitzicht te hebben. Lago di Bolseno lag er ook nog en de weg naar Tuscania hadden we na een keer of twaalf vragen al te pakken. Daarna was het snel gepiept. Via Piansano (een mooi oud plaatsje waar ze erg hun best hadden gedaan die schoonheid door allerlei rotzooi en slechte architecten te laten maskeren) bereikten wij al om kwart over een Tuscania. Wij merken dat we de laatste dagen een erg hoog uurgemiddelde beginnen te bereiken. Zou die lang verwachte goede conditie dan toch op de valreep nog gekomen zijn? Snel het mooie hotel Il Gallo bereikt en Jenny en Gerard gebeld. Die zaten al in de bus vanuit Rome via Tarquinia, dus zouden snel arriveren. Het werd een warm weerzien en we lunchten heerlijk in het oude stadje. Jenny en Gerard wilden graag wat gebouwen zonder steigers en schuttingen zien. We gingen op zoek. Het viel hier mee. De juffrouw van de toeristeninfo bleek ook hier zeer ongeïnformeerd maar toch hebben we nog vrij veel gezien. Een pracht van een kerk uit de achtste eeuw die gesloten bleek. Maar dan blijkt daar opeens Jenny te zijn die in een kleine tien minuten de kerk letterlijk opengeluld. De aanwezige dame heeft geen woord verstaan van wat Jenny zei maar dacht waarschijnlijk dat er vele vloeken en andere rampen over haar afgeroepen zouden worden als zij deze bedevaartgangers niet binnen zou laten. Ik had na het bezoek zo'n medelijden met het mens dat ik, uit haar ook gesloten winkeltje, twee volledig overbodige reisgidsen kocht.

Daarna nog via een paar oude gebouwen die bijzonder belangrijk waren maar waarvan het belang mij totaal ontschoten is, naar de schoenmaker. Ja, na een kleine 2000 kilometer hebben mijn

schoenen eindelijk ook een blessure. Ik begon me al rot te ergeren aan die krengen. Leveren mij dagelijks allerlei oncomfortabele situaties op en blijven zelf buiten schot. Maar eindelijk, de linkerzool zit los. De schoenmaker weet raad: lijm! Maar dat hij daarbij de tube trots in de hoogte moet houden met de uitroep: "Tedesco!" was een beetje ongepast. De rest van de middag hebben wij doorgebracht met het bespreken van de heikele kwestie 'wel pad, geen pad'. Wij gaan morgen naar Tarquinia. Voor ons totaal uit de richting maar vol met Etruskische cultuurschatten. Goed voor ons moreel en we hebben de tijd. Jenny en Gerard, stadsmensen als het zijn, willen graag een echt pad. Ja, je komt natuurlijk niet helemaal uit Rome om met vieren achter elkaar in ganzenpas over het asfalt te lopen. We zijn gewaarschuwd door de juf van het toerisme dat er geen pad is. Op 4 streekkaarten staat ook geen doorgaand pad.

Maar we vinden een 5e kaart met een 'door'lopend pad. Dat nemen we morgen. De borden op het centrale plein geven aan: Rome 90 km.

 

Vandaag zijn we naar Tarquinia geluld. Tegen beter weten in beginnen wij aan het pad. Probeer een Cales maar eens iets uit haar hoofd te praten. Het begon allemaal heel voorspoedig. Een puik pad. Een blauwe lucht en de wind in de rug. Vrolijk pratend liepen wij in stevige pas zuidwaarts. De kerken en de Etruskische tombes zijn gesloten; het mag de pret niet drukken. We picknicken wat en lopen weer verder. Dan, na zo'n 18 kilometer, is daar het hek. Het hek staat in de weg en hangt vol waarschuwingen. Valse honden en dood door kogels staan overtreders te wachten. Gerard, duidelijk nog geen 2000 kilometer gelopen, beklimt wat heuveltoppen om alternatieve

paden te onderzoeken en Jenny werpt zich op als vrijwilliger om over het hek te klimmen: als ze niet terugkeert weten wij dat de waarschuwingsborden hout snijden! Lulkoek natuurlijk, maar erg aardig aangeboden. We zouden er nog spijt van krijgen. We inspecteren de rivier, maar die is te breed. Hier is geen enkele choreografie voor te schrijven. We dralen en dwalen nog enige tijd en vinden dan een boer die we om raad vragen. Nee, er is geen pad naar Tarquinia, maar hij wijst aan op de kaart waar we zijn. We moeten terug maar de afstand lijkt mee te vallen. We gaan lunchen en daarna lopen. We vragen hier en daar de weg en langzaam dringt de afschuwelijke waarheid tot ons door. Jenny wil alsmaar door het land maar daar hebben wij inmiddels vrijwel alle stadia van. Geen denken aan. Om 3 uur komen wij aan de weg Tuscania-Tarquinia. 6 hele kilometers van ons vertrekpunt deze ochtend. Terwijl we er wel 24 gelopen hebben. Wat te doen? Het is nog 19 kilometer naar Tarquinia.

Over 2 uur is het donker. Dat halen wij nooit vandaag. We starten onze ganzenpas. Ondertussen ratelt productiebureau Cales er allerlei oplossingen uit. We kunnen de bus pakken, kunnen liften, hebben meer gelopen als er voor staat, dit was toch veel leuker, we hebben zo'n goede gesprekken gehad, we moeten niet zo'n ambtenaren zijn, we lopen verder van Rome af dus dit telt niet etc. etc. Jenny weet voor werkelijk ieder probleem een oplossing. Knap. Wij vinden dat we ook niet heiliger moeten zijn dan de paus maar wat doen we eraan? Omdat het snel donker gaat worden en er geen bushaltes te bekennen zijn besluiten we te gaan liften. Nu heb ik veel, heel veel, gelift in mijn leven. Maar liften ‘Con Cales’ is geheel nieuw voor mij. De eerste de beste auto stopte meteen. Een pracht van een busje met een schone blonde dame achter het stuur. Jenny voorin, wij met alle bagage achterin. "Blij dat u lifters meeneemt" zei Jenny. "Lifters? Jullie waren niet aan het liften. Jij sprong al zwaaiend recht voor mijn auto! Ik moest wel stoppen!" Zo kwamen wij zeer snel in Tarquinia. Tien minuten later zaten wij in de bus naar het station waar Jenny en Gerard hun bagage afgegeven hadden. Natuurlijk bleef de bus keurig wachten om ons naar het hotel te brengen. We hebben Jenny de mond moeten snoeren, anders hadden wij nog diezelfde avond in de bus naar Rome gezeten met een door Cales Productions ondertekend diploma met de vermelding "Gestel-Rome Well Done"! Het bord op het pleintje in Tarquinia had te melden: Rome 90 km.

 

Vandaag cultuur snuiven. Eerst nemen wij nog afscheid van Gerard en Jenny. Het was erg gezellig. Jammer voor hen zijn wij een beetje avonturenmoe maar toch hebben wij er weer vele nieuwe ervaringen bij. Zoals op één dag èn in een bus èn in een auto zitten. Wij staan alweer op het station en het is maar goed dat de bus naar het centrum van Tarquinia net iets eerder gaat dan de trein naar Rome. Wij duiken eerst het museum in. Die Etrusken maakten prachtige dingen. Onvoorstelbaar dat al die vazen, beelden, sieraden en gebruiksvoorwerpen bijna 3000 jaar oud zijn. Wij zien waar de Romeinen en vele hedendaagse kunstenaars hun inspiratie vandaan haalden. En op het gebied van hard-core porno hadden die Etrusken ook een geweldige reputatie. Maar je wordt wel stil van deze betoverende schoonheid van toch blijkbaar hele normale voorwerpen. Het gebouw zelf is ook een beauty en door een toevallig in het oude bisschoppelijke paleis (want dat is het geweest) aanwezige sarcofaag van zo'n goed Heilig man zie je d'at die sarcofaag een exacte kopie is van de Etruskische doodskisten. Na de kunst kwam de keuken. Hebben ze hier ook een hele goede. We smullen wat af. De lunch werd geserveerd in een grotrestaurant met uitzicht op een Etruskische tombe. De archeologen zullen hier van gruwelen maar het deed niets af aan de smaak van de tagliatelle tutti di mare. De oude middeleeuwse stad liep over van de fotogenieke pleintjes en gebouwen en zoals in ieder Italiaans stadje kom je daar in alle hoeken en gaten oude mannetjes en poezen tegen. Beide soorten geven de foto's extra glans. Later in de middag hebben wij ook nog (te)veel Etruskische tombes bekeken. Indrukwekkend door de oudheid en het verhaal erachter, maar het is zoals met de vele omgevallen tempels in Griekenland; je moet er heel veel bijdromen wil het interessant blijven. Maar in het kader van ons einddoel zijn de Etrusken wel belangrijk. Tenslotte was de Etrusk Tarquinius Priscus rond de zesde eeuw voor Christus de eerste koning van Rome. Voor de derde dag is Rome nog 90 km van ons verwijderd.

 

Van Tarquinia liepen wij de volgende dag naar Civitavecchia. Een rustig tochtje over rustige kustwegen. Eerst het plan gehad om via de bergen naar Rome te lopen. Echter de weerberichten van Il Colonello hebben ons doen besluiten de kust aan te houden. En we hebben het prachtigste weer van de wereld, terwijl wij het in de bergen de hele dag zien plenzen. Nu hebben wij het geluk mogen proeven over de Via Padre Alphonso Van Den Eerenbeemt te lopen. Wat zou die toch gedaan hebben om op dat bord terecht te mogen komen. Zijn collega's hier hebben zo te zien weinig om handen. Ze babbelen wat op het kerkplein, zorgen dat de kerk goed gesloten blijft, leggen hun hand schalks op wat kinderbillen en -blijkbaar een trend- rijden in jeeps (van de zaak, natuurlijk) compleet met zonnebril door het landschap. Aan jonge kapelaans is hier geen gebrek, dat spreekt vanzelf. Civitavecchia is een flinke havenstad met het bijbehorende rauwe leven. Ruim dertig jaar geleden heb ik al liftend hier ook al eens een middag doorgebracht en de verpaupering die toen volop de aandacht trok zijn ze nu een beetje aan het aanpakken. De prachtige oude gebouwen aan de boulevard worden opgeknapt en geven direct volop allure aan deze plek. Ze hebben zelfs al een filiaal van McDonald's. We schaffen hier al treintickets voor de terugreis aan. Het einde van de tocht is echt begonnen.

 

De laatste dag van de op een na laatste week. Alsof wij van een vakantie genieten lopen wij in een heerlijke zon over de boulevard de stad uit. Ofschoon wij regelmatig over de grote doorgaande Via Aurelia lopen is het toch ontspannen. Het wordt feest als wij Santa Marinella inlopen. Een droom van een plaats: La dolce vita. Het Italië wat wij eigenlijk op de eerste 5 dagen in Italië na niet meer tegengekomen zijn. We zitten wat op een terras in de zon aan een cappuccino met een krantje. We slenteren wat, genieten van de prachtige huizen aan zee. Als wij voorbij een restaurantje in de zon komen gaan wij heerlijk lunchen. Uitzicht op het dorpsleven, een kleine twintig katten en één hond op wacht rondom ons of er iets van de borden valt. Heerlijk eten en dan weer lopen. Kon het maar altijd zo zijn. Ik geloof dat we vandaag naar Campo di Mare gelopen zijn.

Vandaar met een bus naar Ladispoli naar ons hotel. Wederom met een kamer met balkon met zeezicht. De zon zakt goddelijk. Maandag Rome inlopen.

Jean

 

Nog 40 kilometer te gaan en een droom van 3 maanden komt aan een eind. En dan zal alles weer hetzelfde en anders zijn. Ik denk aan een verhaal van Sogyal Rinpoche, een van de grote inspiratiebronnen in mijn leven: Pak een munt. Stel je voor dat die munt het object is waar je aan hecht. Hou hem stevig vast in je vuist en strek je arm uit, met de handpalm naar beneden. Als je nu je greep ontspant en loslaat, zul je dat waaraan je hecht, verliezen. Daarom houd je vast. Maar er is een andere mogelijkheid. Je kunt loslaten en het toch behouden. Met je arm nog uitgestrekt, draai je je hand naar boven. Ontspan je vuist en de munt blijft in je open handpalm liggen. Je laat los. En toch is de munt nog van jou, zelfs met alle ruimte er omheen. Zo zal het met deze voettocht zijn. Duizenden mooie herinneringen zal ik koesteren in openheid, als ik weer mijn dagelijkse leventje leid in Sint-Michielsgestel. Maar nu eerst nog het genot van aankomen in Rome, alwaar een stelletje gekken, waar ik toevallig knettergek op ben, (zo gek dat we er zelfs 3 dagen voor om lopen om tegelijk aan te komen) ons op staat te wachten. Nog 3 dagen. Rome we kome!

Karin