Tranquil Surroundings

 

Tranquil Surroundings

Seoul woensdag 11 oktober

Ja, en dan word je wakker in Seoul en kijk je vanuit je badkamer de wereld in. Een andere wereld. Hier is alles in overvloed, hier is alles heel errug! keurig geregeld, hier zijn de wegen glad en breed, hier hebben ze maar twee goden: Boeddha en Guus. Alles is anders. Ik ook. Mijn pen viel stil. Mijn ogen vielen dicht. Kwam het door de kwebbelende Japanse toeristen die hier als een mierenplaag elkaar achterna huppelen of heb ik gewoon een break genomen.

 

De hele wereld staat op z’n kop omdat ze een paar kilometer hier vandaan een klein kernbommetje hebben laten ontploffen. In Seoul merk je niets van die commotie. In de pers en de politiek krijgt vooral Bush de schuld. Veel te polariserend en oorlogszuchtig optreden. Natuurlijk hebben ze gelijk. Over enige eeuwen zal dit begin van de 21e eeuw beschreven worden als het tijdperk van domheid en arrogantie van die gek uit Texas. En niemand deed wat. Dat El Qaida hem niet om zeep helpt begrijp ik. Die kunnen geen betere vijand hebben. Maar worden er geen Lee Harvey's meer geboren?

 

Maar zoals gezegd de Koreanen blijven er stoïcijns onder. Dat zijn ze van natura. Gisteren zat ik hier in z’n enorm groot design restaurant van het hotel te eten waar wel 30 mensen in de bediening voorhanden waren. Japans restaurant, Namu, met ramen van 10 meter hoog en uitzicht over de skyline van Seoul. Daar betaal je voor, het eten is bijzaak. Een schaaltje gebakken rijst, een glas rode wijn en een stukje vis dat zelfs een Soedanees met honger nog teruggegooid zou hebben brachten mij bij een afrekening van 93 euro. Maar ik heb een vermakelijk kijkje in Koreanen gekregen. Nadat ik een achttal van de bediening met de bestelling weer weggewerkt had (ik kan mijn eetstokjes al zelf vasthouden en een eenmaal neergelegd servet blijft heus wel liggen op mijn knieën) kwam er een jong stel binnen waarvan hij al met zijn mobieltje liep te spelen bij het naar de tafel lopen. Zij ging niet zitten maar zij ging duidelijk eerst even haar neus poederen zoals de Engelsen zo prachtig kunnen zeggen. Eens heb ik een dronken Engelsman in een deftig hotel in Londen horen vragen: “Where can I power my hose” De menukaarten werden gebracht en hem van haar ging verder met zijn spel of met z’n boodschappen. Helemaal in beslag genomen door zijn apparaat heeft hij zelfs niet één keer in de richting waarin zijn vriendin was weggelopen gekeken. Ook niet na drie kwartier toen ik klaar was en afgerekend had. Hij had wel al drie potten thee op. De bediening was inmiddels verbluft en druk aan het overleggen wie mocht zeggen dat zijn vriendin van haar lang zal ze leven niet meer terug zal komen dus dat hij maar voor zichzelf moest bestellen. Even haar neus poederen...